Bellet wijngaard van de heuvels door Michel Smith en Christian Flaceliére
In een landschap, niet ver van Nice, waar olijfbomen groeien en kastelen het beeld van Toscane oproepen, ligt een piepkleine wijngaard, vastgeklampt aan een heuvel.
In Bellet, de residentiële wijk, of liever gezegd heuvel, van Nice, zijn de zaken ingewikkelder. Dit is het typisch voorbeeld van een stadswijngaard die al te vaak door toeristische gidsen genegeerd wordt. Een wijngaard aan de poorten van de Provence, al vanaf de Griekse bezetting in terrassen geplant op een hoogte van 300 m, gericht naar het zuid-zuidoosten, naar de Var-vallei toe, waarschijnlijk de voornaamste oorzaak van het microklimaat.
"In deze noordzuidelijke engte, een soort luchtkoker", vertelt Philippe Bagnis van Château de Crémat, één van de grootste domeinen van Bellet, worden de wijnstokken door de winden afgekoeld, zodat er pas omstreeks half oktober geoogst wordt. De arme bodem geeft ons maar een kleine opbrengst, zelden meer dan 30 hl/ha, en wij kennen ook geen hoge temperaturen". Vroeger waren de wijnstokken aangeplant op de helling, in driehoeksvorm, 'punten' genaamd, afgeboord met greppels waarlangs het regenwater kon wegvloeien.
Le braquet, één van de oudste druivensoorten van de Middellandse Zeekust |
Een vertrouwelijke markt
De markt omvat een harmonieuze verdeling van de drie kleuren. De productie overschrijdt zelden 200.000 flessen voor 60 ha wijngaard aangezien het 600 ha grote gebied van de appellation bebouwd is met villa's, serres en tuinen. De ondergrond bestaat uit zand en keien op silicium-kalksteen. De oenofielen blijken een voorkeur te hebben voor de witte wijn, waarin ook chardonnay is verwerkt. Men vraagt zich trouwens af door welk lotgeval de Bourgondische wijnstok terechtgekomen is in deze afgezonderde wijngaard, die gedeeltelijk gelegen is in een gehucht dat tijdens de Revolutie de naam Bacchus droeg. Zo verbaast men zich ook over het samengaan van rustieke rode wijnstokken, typisch uit Nice (braquet en folle noire) of meer Provençaals (grenache, cinsault), die, ook al worden ze samengevoegd, goede wijnen geven. Voor ons is de echte specialiteit van de cru wel degelijk de rolle-druif, een witte variëteit, die op enkele kilometer daarvandaan, in Italië, bekend is onder de naam vermentino.
Charles Bagnis, eigenaar van Château de Crémat, met zijn bijzondere mooie middeleeuwse toren
|
Bellet is een tamelijk unieke, streekgebonden wijn. De lokale liefhebbers zijn er enthousiast over terwijl 'Le Chantecler', het voortreffelijk restaurant van het hotel 'Negresco' op de Promenade des Anglais, er geen loftrompet over steekt. Evenmin doet het een bijzondere inspanning om de Provençaalse wijnen bekend te maken, uitgezonderd de wijnen van de befaamdste huizen.
De twee grootste domeinen van Bellet zijn de kastelen Bellet en Crémat, waarbij dit laatste in rococostijl voorzien is van een prachtige toren met machicoulis en onderaardse kelders. Het wordt beheerd door de familie Bagnis, wijnhandelaars, en is te bezichtigen op aanvraag. Men kan er heerlijke rode wijnen proeven (met 60% folle noire, 20% braquet en 20% grenache), en ook een goede witte en rosé-wijn, alle voorgesteld in eigenaardige flessen met gedrongen profiel. Het Château de Bellet, uitgebaat door Ghislain de Charnacé, is niet te bezichtigen, om de eenvoudige reden dat ze 'te weinig wijnen hebben om te verkopen'. Maar u kan altijd proberen een geraffineerde witte wijn op de kop te tikken.
Een ander domein dat de moeite waard is, is Font-Bellet. De rest van de appellation bestaat uit een half dozijn mini-eigendommen (Massat, Mouton-Bellet, Fogolar,…) waarvan sommige hun wijnen slechts af en toe op flessen trekken.
Dit alles heeft weinig weg van het professionalisme dat men terugvindt in Bandol, voor velen het nec plus ultra van deze ongebreidelde Provence. En zoals Paul Léonard, verzamelaar van grote Provence-wijnen het zeer juist aangeeft op zijn kaart van l'Ambassade des Vignobles te Marseille: "Ik heb in mijn kelder wijnen van Château Pradeaux en van Simone van meer dan twintig jaar oud en ze doen het nog goed!"
Bron: Ambiance, het Beneluxmagazine over gastronomie, wijn & toerisme - juni 1994
|