Het uitgestrekte Portugal kent zeer uiteenlopende klimaten. Het noorden is relatief koel en vochtig; het zuiden heet en droog. Vinho Verde is noordelijk gelegen wijnstreek in de schilderachtige, groene provincie Minho, nabij de stad Porto.

De wijze waarop men wijn verbouwd in Vinho Verde is heel bijzonder. De boeren bezitten in het algemeen slechts zeer kleine percelen grond. Daarop verbouwen ze niet alleen druiven, maar ook aardappelen en groenten en houden ze kippen en konijnen. Het is woekeren met de ruimte. Van het feit dat druiven verwoede klimplanten zijn, maken ze dankbaar gebruik. Soms laten ze de wijnplant in bomen groeien (en moeten de druiven dan met een ladder oogsten).

De druiven van de Vinho Verde wijnen groeien in heuvelachtig landschap

Vaak ook snoeien ze de wijnplanten zo dat deze de vorm krijgen van boompjes. Deze zogeheten 'trellises' omzomen de akkers en nemen daardoor nauwelijks plaats in. Verder ziet men er veel met druiven begroeide pergola's die meestal boven de paden worden geplaatst. Ook hierdoor worden ruimte bespaard en heeft men ook nog wat beschutting tegen de zon.

De 'handelsmerken' van Vinho Verde zijn een zeer licht, milddroog karakter, een laag alcohol gehalte (9 procent) en een kleine hoeveelheid koolzuurgas. Dit laatste maakt hem enigszins périllant, brengt een aangename tinteling op de tong teweeg en accentueert het frisse karakter. Je herkent deze wijn gemakkelijk, want hij is gebotteld op een ovale, platte fles.

In Portugal zelf wordt Vinho Verde veel gedronken als aperitief en geserveerd bij gepocheerde vis en bij schelp- en schaaldieren.

Bron: Gall&Gall | nr. 6 - juni 1993