In het zuidelijk gedeelte van Zwitserland tegen de grens van Italië zijn alle voorwaarden aanwezig om goede wijnen te maken: een zacht klimaat, zonnige hellingen en ambitieuze wijnboeren. In het kanton Ticino wordt de bebouwde oppervlakte van de verschillende gemeenten niet in m2 geregistreerd. De wijnstokken worden geteld omdat bij de gemengde teelt van groenten, fruit en wijn een exacte scheiding van de wijngaarden niet mogelijk is. Grofweg kan men uitgaan van één oppervlakte per 50 wijnstokken. Door de urbanisatie (verstedelijking) en bebouwing van het landschap is er steeds meer wijnbouwoppervlakte verdwenen uit dit 'Zonnekamertje van Zwitserland', zoals Tessin vaak wordt genoemd, zodat de oorspronkelijk 6500 ha grote druivenvlakte is gereduceerd tot zo'n 800 ha. De druif merlot is in dit gebied de belangrijkste druivensoort. Na de uitbraak van de phylloxera is deze druif uit Frankrijk gehaald en met succes aangeplant. Ongeveer 80% van de productie is van de Merlot, gevolgd door onder andere pinot noir, bondola, cabernet franc en cabernet sauvignon. De Ticino Merlot is een zachte, fruitige rode wijn die de titel 'Viti' mag dragen, een door de overheid ingevoerde kwaliteitsaanduiding. Ook de merlot bianco, een elegante witte wijn die steeds populairder wordt, wordt van de druivensoort merlot gemaakt.